Als zijn vader naar Nederland verhuist, wordt Klas op jonge leeftijd ondergebracht bij zijn oom. Hier brengt hij de rest van zijn jeugd door. “Hij heeft mij op mijn veertiende ontdekt. Ik tekende altijd en overal”, vertelt Rinaldo Klas lachend. “Zelfs op het tafelkleed, wat me niet altijd in dank werd afgenomen.” Tekenen was voor hem een spontane uiting. “Ik was anders dan alle andere kinderen. Ik dacht veel na, bijvoorbeeld over de zin van het leven. Dat uitte ik in mijn tekeningen, het zat heel diep.” Klas bleek talent te hebben en zijn oom nam hem mee naar de Nola Hatterman Academy. “Ik deed een opleiding autotechniek, maar daar ben ik direct mee gestopt toen bleek dat ik als kunstenaar mijn brood kon verdienen.”
Na zijn studie aan de Hatterman Academy ging hij werken, reizen en verder studeren. Eind jaren zeventig maakte hij een schilderij voor de president van Venezuela, die hem een beurs gaf om het land te bezoeken. Hij reisde een tijd door Venezuela, ging vervolgens studeren in Jamaica en hield exposities in Nederland en Engeland. “Met mijn werk bereik ik veel mensen. Ik ben redelijk bekend in Suriname, maar ook daarbuiten. Ze kennen mijn schilderijen vaak eerder dan mijzelf.”
Als Nola Hatterman in de jaren tachtig overlijdt, wordt de school gesloten. Begin jaren negentig wordt Klas gevraagd om de kunstacademie nieuw leven in te blazen. Hij benaderde een aantal oud-klasgenoten en samen heropenen ze de school. “Ik vind het fijn om mezelf breed te kunnen inzetten. Door mijn directeurschap kan ik mijn kennis met anderen delen en zorgen voor continuïteit. Bovendien kan ik ervoor zorgen dat mijn werk wordt voortgezet. Mijn manier van werken zie ik namelijk ook terug bij de studenten, vooral in hoe ze dingen aanpakken.” Ondanks zijn drukke baan als directeur heeft hij genoeg tijd over om zelf te schilderen. “Dat doe ik elke dag. Een dag niet geschilderd is een dag niet geleefd.”
Klas omschrijft zijn stijl als herkenbaar, symbolisch en vooral kleurrijk. “Ik schilder veel over het tropisch regenwoud. Met die schilderijen probeer ik een boodschap over te dragen. De natuur is belangrijk, maar veel mensen zijn zich niet bewust van de schade die ze er aanrichten. Toch schilder ik juist de mooie dingen van de natuur, zoals dieren en insecten.”
De kunstenaar werkt met veel verschillende kleuren. “Daarmee probeer ik dingen uit te beelden en kracht aan het schilderij toe te voegen.” Klas zijn werk kenmerkt zich ook door expressie. “Ik schilder heel spontaan. Met snelle en grove vegen wil ik beweging in een kunstwerk brengen.”
Trots laat hij een van zijn laatste werken zien. Een blauwgrijze kikker te midden van een goudmijn. “Ik schilder omdat ik me daar prettig bij voel. In de eerste plaats wil ik zelf genieten van mijn werken en daarnaast wil ik het publiek iets meegeven om over na te denken.” Er ontstaat een lach op zijn gezicht als hij eraan toevoegt: “Of ze het mooi of lelijk vinden maakt me eigenlijk niet zo veel uit.”
De kunstenaar heeft veel bewondering voor een aantal schilders, maar echt een voorbeeld heeft hij niet. “Erwin de Vries is een grote inspiratiebron. Vooral zijn drijfveer en manier van aanpakken vind ik mooi. Hij is altijd bezig en wacht niet op opdrachten, hij begint gewoon. Ook Van Gogh vind ik een goede schilder. Hij is net zo goed als Rembrandt, maar door zijn andere kijk op de wereld schilderde hij veel kleurrijker. Van Michelangelo bewonder ik zijn wilskracht. Die wilskracht is denk ik het belangrijkste dat je als kunstenaar moet bezitten. Mensen moeten je niet dwingen om te gaan schilderen, je moet het zelf willen.”
Als het gaat over de toekomst heeft Klas duidelijk voor ogen wat hij wil. “Over een aantal jaar draag ik het directeurschap over aan iemand anders. Ik heb het lang genoeg gedaan, dus het wordt tijd dat een ander het stokje overneemt. Natuurlijk blijf ik van een afstand toekijken, het is toch een beetje mijn levenswerk. Ik vind het jammer om afscheid te nemen, maar ik heb me er op voorbereid. Ik ben als kunstenaar redelijk ‘open minded’, waardoor ik er makkelijker afstand van kan doen. Wat ik ga doen als ik geen directeur meer ben? Schilderen natuurlijk!”
Deze maand exposeert Rinaldo Klas zo’n dertig tot veertig schilderijen over goudkoorts, het werken in de goudmijnen in het binnenland van Suriname en wat dat voor schade aanricht aan de natuur. Zou het zijn laatste expositie zijn? “Ik verwacht van niet, maar wie zal het zeggen. Het enige dat ik belangrijk vind is dat ik gezond blijf. Dat ik mijn gezichtsvermogen behoud en niets aan mijn handen krijg, zodat ik kan blijven schilderen.” Hij zwijgt en kijkt lachend naar de studenten die in de tuin van de academie tekenles krijgen. Deze man weet wat hij wil en trekt graag zijn eigen plan. Maar bovenal is Rinaldo Klas een inspirerend kunstenaar, die op zijn 58ste nog droomt over zijn toekomst.
LEES ALLE ARTIKELEN GRATIS
Onafhankelijke journalistiek is essentieel om een snel veranderende wereld te kunnen begrijpen. Daarom is een platform van nieuwe makers belangrijk. Vind jij dat ook? Steun ons dan door lid te worden of met een financiële bijdrage.
Al ingeschreven voor onze nieuwsbrief en/of in ons geinvesteerd? Vul je e-mailadres is om toegang te krijgen.